
Ik denk dat ik alleen ben.
Dat denk ik eigenlijk mijn hele leven al. Dat ik in wezen, als het er echt op aankomt, alleen ben.
Natuurlijk heb ik dat vele malen bevestigd zien worden. Zo werkt het leven. Wanneer je kijkt met een gekleurde bril zie je ook alles in die kleur.Dus toen ik in mijn pubertijd alleen thuis was omdat mijn ouders aan het werk waren en mijn broer naar z'n vele vrienden vertrok, was ik alleen. Toen ik rond mijn 25ste in Zuid-Afrika woonde waar ik niemand kende en me vaak eenzaam voelde, was ik alleen. Drie jaar geleden lag ik, net na mijn scheiding, op bed te creperen van de pijn van een hernia en was ik... alleen.
Maar was dit allemaal wel zo? Werd ik niet gezien door de mensen in mijn omgeving of hield ik het zelf allemaal buiten de deur? Om dan vervolgens boos op te wereld te kunnen zijn dat ze me hadden laten stikken? En die boosheid vond ik dan ergens wel lekker.
Gisteren had ik een online training. We werden gevraagd naar het belangrijkste thema waarmee je worstelt in het leven. Het antwoord was er meteen; Ik denk dat ik alleen ben. We werden in 'break-out rooms" verdeeld om de bevindingen met elkaar te bespreken. Daar zat ik in de break-out room, alleen, wachtend. Toen ik na een minuut of wat nog steeds alleen was heb ik de trainer erbij gehaald. Hij voegde me direct toe aan een andere break-out room. Daar waren ze al begonnen en ik wilde het gesprek niet onderbreken, dus hield me stil. De eerste persoon werd besproken. Ik zei niets. Er werd gewisseld; de volgende persoon werd besproken. Ik zei niets. Ik begon te twijfelen of ze wel konden zien dat ik er was. Maar ik zei niets. Het werd me steeds duidelijker dat ze niet doorhadden dat ik er was. Langzaam groeide de druk in mijn hoofd en een gevoel van spanning in mijn borst. Mijn lijf was weer teruggereisd naar toen; 30 jaar geleden alleen thuis, 20 jaar geleden alleen in Zuid-Afrika, 3 jaar geleden alleen op bed.
Maar nu lukte wat me toen niet lukte; ik maakte mezelf zichtbaar."Hallo, kunnen jullie me zien? Hebben jullie door dat ik er ook ben?" De tranen liepen over m'n wangen. En natuurlijk hadden ze me niet gezien en vonden ze dat heel erg vervelend voor me. Door mijn tranen was inmiddels een lach gebroken. Wat een bevrijding om zelf uit mijn isolement te stappen, uit te kunnen reiken en zeggen "hallo, hier ben ik", en dan gezien te worden.
Ik ben dus niet alleen en de rest van de dag was een heerlijk samenzijn wat dat bevestigde.